Inleiding
Bij een schouder prothese wordt het versleten gewricht vervangen door een kunstgewricht dat bestaat uit metaal en polyethyleen.
Bij een schouder prothese wordt het versleten gewricht vervangen door een kunstgewricht dat bestaat uit metaal en polyethyleen.
Er zijn verscheidene redenen waardoor het nodig kan zijn om een schouder prothese te plaatsen.
Hierbij is het laagje kraakbeen in het schouder gewricht zodanig versleten dat het schouder gewricht niet meer soepel kan bewegen, met pijn en stijfheid tot gevolg.
Arthrose is meestal het gevolg van ouderdom en slijtage, doch kan soms veroorzaakt worden door andere aandoeningen zoals bv. rheuma of een slecht geheelde breuk.
Wanneer de bol van de schouder in vele stukken gebroken is, kan het soms onmogelijk zijn om de breuk te herstellen met pinnen, platen of schroeven. Hierbij wordt de kapotte bol van de schouder vervangen door een nieuwe metalen bol.
Ten gevolge van een grote en onherstelbare scheur van de pezen rond de schouder kan er tevens artrose van de schouder ontstaan. Als enige oplossing blijft dan soms het plaatsen van een schouder prothese.
Hierbij sterft een deel van de bol van de schouder af, waardoor dit deel van het bot kan inzakken. Hierdoor verliest de bol zijn mooie, regelmatige vorm en kan het gewricht niet meer soepel bewegen met pijn, stijfheid en later artrose tot gevolg.
Schouder artrose geeft meestal pijnklachten en vaak ook een belangrijke stijfheid in het gewricht.
Gewone radiografische opnames geven reeds veel informatie om de diagnose te stellen.
Ter verdere evaluatie van het bot en van de rotator cuff is echter ook vaak een echografie nodig.
Vaak wordt er ook een arthro CT gedaan. Hierbij wordt er contraststof in het schouder gewricht gespoten.
De operatie zelf gebeurt onder algemene verdoving. Tevens wordt er meestal een bijkomende verdoving van de arm gegeven (plexus verdoving). Hierbij wordt een prik in de nek gegeven, waarbij de zenuwen die naar de schouder en de arm lopen verdoofd worden. Zo kan de pijn na de operatie sterk verminderd worden.
Na de operatie dient U meestal 3 tot 5 dagen in het ziekenhuis te verblijven. Daags na de ingreep wordt reeds begonnen met de revalidatie.Doorgans dient U de arm 3 tot 6 weken te laten rusten in een draagverband. Ondertussen volgt U kinesitherapie volgens een specifiek schema. Dit schema dient u ook na u ontslag uit het ziekenhuis onder begeleiding van een kinesist verder te zetten.
Na de ingreep dient de schouder meestal in een draagverband (adductieverband) gehouden te worden gedurende een drietal weken. Ondertussen mag de kinesist reeds passieve oefeningen, pendeloefeningen en mobilisaties van pols en elleboog uitvoeren.
Na deze drie weken mag U de schouder zelf beginnen bewegen.
Uiteraard kan dit schema afwijken afhankelijk van de omstandigheden.
Totale duur van herstel duurt meestal 4 tot 6 maanden.
Vragen over uw behandeling of een afspraak maken? Aarzel niet om ons te contacteren.
Heeft u vragen over uw opname? Kies het juiste ziekenhuis en lees meer.